Baanregels

Baanregels bij Olympus '70

Om het sporten op onze atletiekbaan soepel, veilig en plezierig te laten verlopen, hebben we een aantal duidelijke baanregels. Deze regels zorgen ervoor dat iedereen – van atleten tot trainers – optimaal gebruik kan maken van de faciliteiten. Lees hieronder hoe we samen zorgen voor een nette, veilige en gezellige sportomgeving!

Lidmaatschap verplicht: Iedereen die traint tijdens de cluburen van Olympus '70 (17.00 - 22.00) moet lid zijn. Niet-leden mogen maximaal drie keer meetrainen, maar alleen met toestemming van het bestuur. Trainers moeten erop toezien dat al hun atleten lid zijn.
Materiaal opruimen: Zet na de training alle pionnen, horden, kogels en ander materiaal terug op de juiste plek.
Verlichting: De laatste trainer die het veld verlaat, is verantwoordelijk voor het uitschakelen van de baanverlichting. Vraag anders een andere trainer of bardienst om dit te doen.
Afval: Houd de baan schoon. Gooi afval in de prullenbakken, zodat het stadion netjes blijft.

Lopen op de baan;

Banen 1-4:

Baan 1: Alleen voor tempo’s, loop zo dicht mogelijk langs de binnenkant en achter elkaar

Baan 2: Wordt vrijgehouden voor inhalen

Baan 3-4: Voor rustige rondjes of herstelmomenten

Wandelen: Niet toegestaan in banen 1 en 2

Banen 5-8/9:

Gebruikt voor sprint- en hordentraining. Let op: blijf uit de weg van hardlopende atleten.

Stilstaan: Sta zoveel mogelijk buiten de baan, bijvoorbeeld in het gras of aan de buitenkant.

Warming-up: Kan op het middenveld, tenzij er een werptraining bezig is. Werpers hebben altijd voorrang.

Grasveld oversteken: Dit is op eigen verantwoordelijkheid. Het grasveld is primair bedoeld voor werptrainingen, en er wordt soms van twee kanten en over grote afstanden gegooid.

Werpen

Discuswerpen: Alleen vanuit de werpkooi, zorg dat de kooi goed is opgezet.

Materiaal controleren: Tel discussen, kogels en speren vóór en na gebruik en zorg dat niets achterblijft.

Veiligheid: Werp pas als je zeker weet dat niemand door de werpsector loopt.

Springen

Verspringbak: Veeg na gebruik het zand terug in de bak met een bezem.

Schoenen: Klop je schoenen buiten uit na het springen.

Hoogspringmatten: Plaats na gebruik de beschermkap terug en berg de hoogspringlatten op in het materiaalhok.

Krachtcentrum

• Ruim na gebruik alle gewichten, matten en schijven op hun plek terug.
• Haal altijd alle schijven van de halters af na gebruik.
• Ben je de laatste die vertrekt? Zet de radio en het licht uit en sluit af.

Kleedkamers

• Netheid: Gebruik na het douchen de trekker om de vloer schoon te maken.
• Licht: Doe het licht uit als je als laatste vertrekt.
• Spullen opruimen: Laat geen troep of waardevolle spullen achter in de kleedkamer.

Dank voor het naleven van deze regels. Samen houden we de atletiekbaan veilig, netjes en plezierig voor iedereen! 😊

Drie basisregels:

Zorg goed voor jezelf

Zorg voor goede kleding, dat je je opwarmt, de juiste techniek gebruikt en blessures voorkomt.

Zorg goed voor de ander

Volg de instructies van de trainers op, houd rekening met andere atleten op de baan en zorg voor een veilige trainingsomgeving.

Zorg goed voor het materiaal

Gebruik het materiaal zoals bedoeld en berg alles netjes op na de training.